Er zijn heel wat natuurlijke vijanden die je kunnen helpen om je bladluizenplaag wat onder controle te krijgen. Via een reeks nieuwsberichten leer je ze met mondjesmaat kennen, zodat je voldoende tijd hebt om deze natuurlijke vijanden ook op je akkers te leren herkennen. In dit bericht lichten we de gaas- en zweefvliegen uit.
Gaasvliegen
Er bestaan twee groepen gaasvliegen: de groene en de bruine. In je teelten komen vooral eitjes en larven van de groene gaasvliegen voor. Ze zijn verzot op bladluizen, trips, kleine rupsen, larven van kevers en vliegen. De gaasvlieg is dus een zeer welgekomen gast!
TIP
Volwassen (groene) gaasvliegen voeden zich uitsluitend met nectar en pollen. Wat bloeiende kruiden (duizendblad, fluitenkruid, …) voorzien in de buurt van je teelt is dus zeker aan te raden. Om de gaasvliegen te helpen overwinteren, kan je ruige perceelsranden of houtkanten voorzien.

Zweefvliegen
De zweefvlieg is een vlieg met een dubbele functie: de larven bestrijden bladluizen terwijl de volwassen exemplaren instaan voor de bestuiving van je gewassen. De eitjes (meestal per 2 of per 3, soms alleen) en de larven vind je terug aan de onderkant van de bladeren, vaak in de buurt van bladluizen (foto). Het zijn de specialisten bij uitstek wat bladluizenbestrijding betreft: in enkele dagen verdwijnen hele kolonies bladluizen.
TIP
Met voldoende bloeiende planten in de buurt bevorder je zowel de larven als de volwassen zweefvliegen.
